nieuws

DRIFT ondersteunt de Vlaamse overheid bij de transitie ‘Leven, leren en werken in 2050’

4 februari, 2021

 
Als het aan de Arteveldehogeschool in Gent ligt, is de campus straks niet langer een geïsoleerde plaats voor studenten, maar een open plek waar diverse groepen elkaar ontmoeten en verrijken. En zo zijn er nog acht transitie-experimenten waar de Vlaamse overheid en het Europees Sociaal Fonds hun schouders onderzetten middels het transitieprogramma Leven, leren en werken in 2050. DRIFT ondersteunt met monitoring en evaluatie, zodat de experimenten gericht blijven op transformatieve uitkomsten. Dankzij deze filosofie kunnen projecten continu blijven inspelen op een veranderende omgeving – en werd de coronacrisis niet alleen een obstakel, maar ook een kans.

 
Digitalisering, vergrijzing, klusjeseconomie: Banen verdwijnen, verschijnen of zullen onherkenbaar veranderen. Dit dwingt ons om anders na te denken over scholing en carrière. Wat zijn de kiemen van een nieuw verhaal voor leren en werken in 2050? Dit is de vraag die de Vlaamse overheid en het ESF eerder hebben onderzocht in drie arena-sessies. Inspirerende beelden en denksporen vonden hun plek in een visiedocument dat een startpunt vormt voor de verdere denk- en doe-oefening onder de vlag van het Transitieprogramma Leven, Leren, Werken.
 
DRIFT is nu betrokken bij het vervolg: de toekomstbeelden in de praktijk brengen aan de hand van verschillende transitie-experimenten. Het project “Buurt in de Campus, Campus in de Buurt” maakt dit werkelijkheid door de universiteits- of hogeschoolcampus open te stellen voor de buurt, onder andere bij de bouw van een nieuwe campus in de Dampoortwijk in Gent.
 
En zo zijn er nog acht experimenten, allemaal van een andere aard. Vanuit een overkoepelend verhaal proberen we richting en snelheid mee te geven aan de reeds ingezette transitiebeweging. Met financiële bijdrage probeert ESF een strategisch verschil te maken, door de experimenten meer ruimte te geven om radicaal anders te denken, organiseren en doen.
 
DRIFT is verantwoordelijk voor de monitoring en evaluatie van deze experimenten. Dit wordt vormgegeven vanuit de filosofie van reflexieve monitoring. Door toepassing van reflexieve monitoring is binnen de experimenten continu aandacht voor leren, en het vertalen van deze lessen in concrete vervolgacties – al tijdens de looptijd van het project.
 
Dankzij reflexieve monitoring zijn de experimenten flexibel en wendbaar vormgegeven, zodat ze gedurende de driejarige looptijd van het project optimaal kunnen inspelen op nieuwe inzichten of veranderende omstandigheden. Het belang daarvan werd tijdens de coronacrisis maar weer eens onderstreept: dit is het moment om flexibel en adaptief te zijn en zo maximaal te leren wat deze tijd ons kan vertellen over leven, leren en werken in 2050.
 
Ook werken aan zo’n transitie?
Is jouw overheid of organisatie ook op zoek naar een sparringspartner of facilitator voor transitiedialogen of -advies? Neem dan contact op Gijs Diercks.